Bij traumasensitieve begeleiding heeft de coach inzichten in psychotraumatologie en neurobiologie. Het zijn inzichten over hetgeen dat er in de hersenen en in het lichaam gebeurt bij traumatische ervaringen en wat dit voor gevolgen heeft voor o.a. het gedrag.

Tijdens de begeleiding wordt ingezet op social engagement, oftewel het aangaan van de verbinding met de cliënt, zodat zo snel mogelijk het stresssysteem – wat mogelijk geactiveerd is als gevolg van traumatische ervaringen – tot rust kan komen.

Naast social engagement wordt ingezet op psycho-educatie. De coach geeft uitleg en inzicht in wat stress of trauma kan doen in de ontwikkeling van de hersenen en de persoonlijkheid. Het doel is de cliënt zichzelf en zijn huidige symptomen en klachten steeds beter te leren begrijpen.

Omgeving

Ook de omgeving van de cliënt (leerkrachten, hulpverleners, (pleeg)ouders) krijgt psycho-educatie, zodat ook zij de cliënt beter begrijpen en hun werk of opvoeding zo goed mogelijk kunnen afstemmen op de cliënt. Ook krijgt de cliënt verschillende stabiliserende traumasensitieve tools, technieken en opdrachten aangeboden. Hierdoor kan hij zich mogelijk al meteen wat rustiger en beter voelen.

De coach kijkt naar het gedrag en probeert triggers te herkennen. Is er bijvoorbeeld sprake van voortdurende alertheid, schrikt de cliënt bij het minst, is de cliënt snel woedend of angstig bij bepaalde triggers, verstijft iemand bij bepaalde triggers of staart het voor zich uit?

Aanpak

De coach gaat samen met de cliënt kijken hoe spanningsmomenten kunnen worden herkent, en hoe deze momenten te ‘beschrijven’ zijn. Door middel van co-regulatie spiegelt de coach emoties en biedt alternatieven aan om tot rust te komen. Het doel is de cliënt bij een trigger niet meer in zijn automatische stressreacties te laten schieten. Zo wordt ontdekt hoe iemand weer binnen de zogeheten ‘window of tolerance’ kan komen.

Daarnaast kijkt de coach naar de overtuigingen en verwachtingen die de cliënt door ervaringen heeft opgedaan; oftewel het ‘onzichtbare koffertje’. Hierop is het gedrag van de cliënt gebaseerd.